Dr. Herman Adelberg - Bijbel Gebedsboek bij alle hoofdstukke

[SecorDabar]

Werkvertaling bij Genesis 9

O God, zegen ook mij door Uw goedertierenheid
Ik prijs U, o goedertieren God en Vader,
dat Gij de mensen ook na de zondvloed zijn heerschappij
over de aardbodem "bestätigt",
en zijn leven in een "strenges gehege" gelegd hebt.
Ach, hoe was het mogelijk, dat ik uit eigen
krachten mijn leven "friften möchte",
waar U, Heere God, niet Uw hand over mij hield.
Ik bid daarom ootmoedig; Wil mij bewaren,
dat ik het bloed van mijn naaste niet schuldig
zou worden, maar veel meer zijn zwakheid
en gebreken, met het kleed der liefde help
toedekken, en tot zijn eer en zaligheid
aan hem bevorderlijk zij.
Voor allen, mijn God, laat mij niet "gerathen in schlemmen"
en onkuisheid, noch ook iemand in het geringste ergeren.
Mijn vooropgezette wil ik "gebührende" liefde en eer bewijzen,
daarmee niet hun vloek, maar hun zegen over mij moge komen.
Heere, barmhartige God, ja geeft allerlei
genadezegen, om te betuigen, dat Gij
geen lust hebt aan het verderven van mensen.
Onder zulken sluit ik mijn hart,
het teken van Uw eniggeboren Zoon
Jezus Christus, in Hem wilt Gij mij
bewaren voor de eeuwige zondvloed.
Daarom verwacht mijn ziel, dat ik
Hem eeuwig mag zien in de wolken.
Kom Heere Jezus in genade.
Amen, Amen.

Wat tussen haakjes staat "......." is kan ik zo 1-2-3- niet vertalen, volgens mij is dit oud-duits.

[refo]

O God, zegen ook mij door Uw goedertierenheid.
Ik prijs U, o goedertieren God en Vader, dat Gij de mensen ook na de zondvloed in zijn heerschappij over de aardbodem bevestigt, en zijn leven in een strikte behuizing gelegd hebt.
Ach, hoe zou het mogelijk zijn, dat ik uit eigen krachten mijn leven zou willen verlengen , waar U, Heere God, niet Uw hand over mij hield.
Ik bid daarom ootmoedig; Wil mij bewaren, dat ik het bloed van mijn naaste niet schuldig zou worden, maar veel meer zijn zwakheid en gebreken, met het kleed der liefde help toedekken, en tot zijn eer en zaligheid aan hem bevorderlijk zij. Boven alles, mijn God, laat mij niet geraken in feesten en onkuisheid, noch ook iemand in het geringste ergeren.
Mijn superieuren wil ik verschuldigde liefde en eer bewijzen, opdat niet hun vloek, maar hun zegen over mij moge komen.
Heere, barmhartige God, U geeft immers allerlei genadetekenen, om te betuigen, dat Gij geen lust hebt aan het verderven van mensen.
Onder zulken (de genadetekenen dus) sluit ik mijn hart het teken van Uw eniggeboren Zoon Jezus Christus, in Hem wilt Gij mij bewaren voor de eeuwige zondvloed.
Van Hem verwacht mijn ziel, dat ik Hem eeuwig mag zien in de wolken.
Kom Heere Jezus in genade.
Amen, Amen.

[SecorDabar]

Beste Refo,
Fijn dat u zo trouw mij helpt bij het vertalen van dit oud duitse gebeden boek.

Hierbij een werkvertaling bij Genesis 10 (nakomelingschap van Noachs zonen)

O Gelukzalige, genaderijke God en Vader
Ik zie, dat wat Gij zegent, dat blijft gezegend.
In het bijzonder het geslacht der vromen.
Hoewel ook de goddeloze kinderen uitgaan als een "heerde"
Zij "wachsen und wurzeln" zoals het onkruid op het vuur.
Daarom roep ik U aan, Gij Milddadige God:
Gij wilt mij "zuvörderft" zegenen in Christus Jezus,
en in "zelbigem" door geloof en liefde recht laten "eingewurzelt" blijven.
Breid bij ons ook het geslacht der vromen uit,
en kom spoedig Heere Jezus, en verzamel uit de eilanden en
breng ze tesamen met de Uwen uit deze wereld,
her en der verstrooide heiligen, waarmee wij als Uw uitverkoren geslacht
van het onbarmhartige geslacht van deze wereld verlost,
en als oprechte geestelijke gezinde kinderen,
en erven van onze Hemelse Vader in deze hemelse
onvergankelijke goederen mogen "eingefesst" worden.
Amen, Amen.

Werkvertaling bij Genesis 11 (Torenbouw van Babel)

O, allerhoogste God
Zo even heb ik nu geleerd, dat Gij verstrooid,
die hoogmoedig zijn in de zin van hun hersenen.
Wat vinden ook wij mensen, dat we hoger willen steigen,
als Gij o Heere, almachtige God ons geordend had.
Ach helaas, ach wee de hovaardigen, waardoor
al het goede in de wereld verward wordt.
Ik bid U, mijn God, wanneer vlees en bloed zich
verheffen wil, dat Gij mij als dan vaderlijk
wil verootmoedigen, zoals ik verhoogd ben.
Laat mij toch geen ijdele eer "geizig".
maar laat dat mijn hoogste roem zijn,
dat ik de Heere mag kennen, en een naam hebben,
die in de hemel aangeschreven en naar Christus genoemd zij.
Welke mij zijn zal een hogere en vastere toren,
waarvan de spits, ja recht in de hemel rijkt.
En ook dat zulke onze namen groot en verhoogd worden,
zo wilt Gij nederdalen en verwarren en verstrooien,
welke nog heden ten dage niet willen gehoorzamen,
door Uw naam van Uw eer te beroven.
Daarintegen onderhoud Uw Christenheid,
door eenheid in Geest, waarmee wij eensgezind
zijn onder elkander, en met één mond U mogen
loven, God de Vader van onze Heere Jezus Christus,
hier tijdelijk en straks voor eeuwig.
Amen, Amen.

Wederom wat tussen haakjes staat "....." kan ik niet zo 1-2-3 vertalen als oud duits.

[refo]

Eerst de Duitse tekst:

10 Leutseliger, gnadenreicher Gott und Vater, ich sehe, daß was Du segnest, das bleibt gesegnet. Sonderlich aber das Geschlecht der Frommen. Zwar auch der Gottlosen Kinder gehen aus, wie eine Heerde. Sie wachsen und wurzelu, aber wie das Unkraut zum Feuer. Darum rufe ich Dich an, Du mildreicher Gott: Du wollest mich zuvörderst segnen in Christo IEsu und in selbigem durch Glauben und Liebe recht laßen eingewurzelt bleiben. Breite bei uns aus das Geschlecht der Frommen, und komm bald HErr IEsu Christe, sammle aus den Inseln und bringe zusammen Deine in der Welt hin und her zerstreuten Heiligen, damit wir als Dein anserwähltes Geschlecht vou dem unartigen Geschlechte dieser Welt erlöset, und als rechte geistlich gezeugte Kinder und Erben unseres himmlischen Vaters in die himmlischen, unvergänglichen Güter mögen eingesetzt werden, Amen, Amen.

Leutselig = vriendelijk
heerde = kudde
wachsen und wurzelen = groeien en wortelen
zum Feuer = tot (hier:voor) het vuur
zuvöderst = eerst en vooral
in selbichem = in dezelfde (d.i. Christo Jesu)
eingewurzelt = ingeworteld
unartig = ontaard, niet deugens
recht gesistlich gezeugt = goed geestelijk verwekt (i.t.t. de unartigen)
Erben = erfgenamen (geen werkwoord dus) (hoort nog bij 'als')

in die himmlischen, unvergänglichen Güter mögen eingesetzt werden is moeilijke zin. Het betekent: in de hemelse, onvergankelijke goederen kunnen worden gebruikt. Ik zal het nog eens bestuderen. Het staat denk ik in tegenstelling tot het onkruid dat niet gebruikt wordt, maar verbrand wordt.

[refo]

Höchster Gott, jetzt habe ich gelernt, daß Du zerstreuest, die hoffärtig sind in ihres Herzens Sinn. Was sind auch wir Menschen, daß wir wollen höher steigen, als wie Du HErr, allmächtiger Gott, uns geordnet hast? Ach leider, ach weh der Hoffart, dadurch noch alles Gute in der Welt verwirret wird. Ich bitte Dich, mein Gott, wenn Fleisch und Blut sich erheben wollte, daß Du mich alsdann väterlich wollest demüthigen, so werde ich groß werden. Laß mich doch nicht eitler Ehre geizig, sondern laß das meinen höchsten Ruhm sein, daß ich den HErrn kenne, einen Namen habe, der im Himmel angeschrieben und nach Christo genennet ist; welcher mir sein soll ein hoher, fester Thurm, dessen Spitze ja recht in den Himmel reichet. Und auf daß solcher unser Name groß und erhoben werde, so wollest Du herabfahren und verwirren und zerstreuen, welche noch heute nicht wollen aufhören, Dir Deines Namens Ehre zu rauben. Dagegen erhalte Deine Christenheit durch die Einigkeit im Geist, damit wir einerlei gesinnet seien unter einander und mit einem Munde mögen loben Dich Gott, den Vater unsers HErrn IEsu Christi, hier zeitlich und dort ewiglich, Amen, Amen.

Herz(ens) = hart
sind = zijn
als = dan
hoffart = hoogmoed
so werde ich groß werden. = dan zal ik groot worden
geizig = gierig
aufhören, Dir Deines Namens Ehre zu rauben = ophouden, U de eer van Uw Naam te roven.

[SecorDabar]

Werkvertaling bij Genesis 12 (Abrahams roeping en aankomst in Kanaän)

O liefderijke God, Hemelse Vader
U leert mij, dat ik in deze wereld
een vreemdeling ben, en geen blijvende stad hebt,
en eindelijk uit dit aardse vaderland moet uitgaan.
U wijst mij maar alleen een veel heerlijker land,
dat Gij mij wilt geven tot een eeuwige erfenis.
Ach laat toch mijn hart aan U oprecht
tot een dankofferaltaar gebouwd worden,
en mijn tong spreken van Uw heilige Namen,
dat het zo goedertieren is, om
recht gepredikt te mogen worden.
Getrouwe God, kom mijn zwakheid te hulp,
waarmee ook Uw knecht Abraham was verzwakt.
Ik zweef in deze wereld in menigerlei kommer, gevaar en angst.
Maar mijn hart verheugd zich, dat Gij een uitzien hebt
op Uw uitverkorenen, en om hunnentwil
de geweldhebber kan bedwingen,
dat zij eerder goed dan kwaad kunnen doen.
Aan U wil ik mij toevertrouwen.
Heere Jezus Christus, Gij zijt het ware Zaad Abrahams,
de gehele wereld vloekt en vervloekt Uw vrome oprechte gelovigen:
Laat Gij ons tot een zegen zijn, zo zullen wij eeuwig gezegend blijven.
Amen, Amen.

[SecorDabar]

Werkvertaling bij Genesis 13 (de keuze van Abraham en de keuze van Lot)

O Heere, Gij vriendelijke God.
Zoals Gij aan ons mensen telkens weer goedertierenheid doet,
en aan lichaam en ziel ons zegent,
alzo verleen aan mij toch ook die genade,
dat ik zoals Abraham ook niet nalaat om U te eren,
en U te danken voor dat vruchtbare land,
waarin Gij mij laat wonen en leven.
Ach God, niet alleen toendertijd tot Sodom,
maar ook heden is de wereld boos,
en zondigt zeer tegen U, hun Schepper en Maker.
Ja, het heeft ook onder broeders van doen
dat zij konden niet in vrede bij elkaar blijven.
Daarom verleen aan mij die genade, dat ik allereerst
mijn ziel wel waarneem om de vrede lief te hebben,
het goede najaag, en mij genoegen
met U te nemen, wat Gij bezweerd.
Tenslotte, wijs mij Heere, dat rechte land der levendigen,
welke de ontalrijke menigte van Uw gelovigen bezitten zal.
Onderhoud en vermeerder daarom de gelovigen,
van Jezus Christus, en leid door Uw Heilige Geest,
mij door Hem, als door de Rechte Straat,
in het rijke Hemelland, welke ik in de lengte,
en breedte bezitten mag.
Amen, Amen.

[SecorDabar]

Werkvertaling bij Genesis 14 ( Krijgstocht van Abraham en zegen van Melchizedek)

Ik hef mijn handen op tot de allerhoogste God,
Die de hemel en de aarde bezit.
En Geloofd zij God, de Hoogste, die mijn vijanden
in de hand van mijn Heere Jezus Christus besloten had.
Ach, de vorsten en geweldhebbers,
de heren van de wereld,
die in de duisternis van deze wereld heersen,
die boze geesten onder de hemel,
hadden mijn ziel neergelegd, alle have (goederen)
weg en mij gevangen genomen door hun wil.
Maar Gij, o trouwe Broeder: Heere Jezus Christus,
Gij hebt nagejaagd tot in de dood, en de vijand
zijn harnas afgenomen, de roof uitgedeeld,
en een eeuwige verlossing gevonden.
Ga uit, ga uit mijn ziel, en ga deze Held tegemoet.
Hij begeert niet één draad noch schoenriem van mij.
Maar alleen liefde, tot Hem, Die mij geschapen heeft,
van alle krachten, en Zijn dienst verlaat mij niet.
Wereld-koningen kunnen het niet verdragen,
dat men van hen afvalt.
Veel minder de Koning der koningen, Welke ons
van het eeuwige verderf gered, en alle
Ziele-have (goederen) wedergebracht heeft.
O blijf Hem trouw mijn ziel door Zijn Geest.
Hij wil mij de kroon des levens geven.
Amen, Amen.

[SecorDabar]

Werkvertaling bij Genesis 15 ( Belofte aan Abraham en het dierenoffer van driejarigen)

O Heere, Heere, mijn Schild en grote loon.
Ik durf niet lang meer te vragen, wat wilt Gij mij geven?
Want een Kind is ons geboren.
Een Zoon is ons gegeven, namelijk Uw eniggeboren Zoon.
En met Hem wilt Gij, en wilt Gij mij alles schenken.
Maar alleen, Heere, geef en vermeerder aan mij
steeds meer en meer het geloof.
Daarmee, dat wanneer ik geloof,
het mij toegerekend wordt tot gerechtigheid
en ik moge zijn onder de grote menigte,
welke Gij in de eeuwige hemel als sterren
van God zullen lichten.
En tot dat doeleinde, o God, leer en drijf
mij door de Heilige Geest, dat ik die helse roofvogel
en alle vliegende en onnutte gedachten vlijtig van mij wegwerpe,
om des te meer aandachtiger naar Uw wil te dienen.
Daarbij zal ik genoeg merken, dat ik dat Hemelse Kana""an bezitten zal.
En wanneer het dan komt, dat ik naar de
uitgestane, mij bestemde tijd
uit deze wereld zal uitgaan: zo laat mij in vrede heengaan
en christelijk begraven worden.
Bewaar mijn ziel voor schrikken en voor
de eeuwige duisternis, totdat Gij zult komen,
en de wereld zal richten
maar aan mij zult geven dat grote goed
der eeuwige zaligheid.
Amen, Amen.

[SecorDabar]

werkvertaling bij Genesis 16: Hagar en Ismaël.

O almachtige, goedertieren God en Vader,
Hoe gaarne en licht overlegd zich toch het menselijk hart,
wanneer het met tijdelijk geluk, het wat van anderen gezien heeft,
dat toch even daardoor zijn ellende bloeit en zijn welstand
verzwaard wordt, zoals Hagar ervaren had.
Mag ook evenwel de oorzaak zijn, waarom Gij
mij merkbaar in de woestijn van ellende heen leidt:
welke ik meestal niet zo licht erkent heb, wat ik aan mijn welstand gehad heb.
Zoals mijn ziel maar vele malen (duits: ...verspürt..)
dat Gij, mijn God, mij ziet en met Uw heilige engelen
om mij heen aanziet, daarom dank ik U van harte voor alles.
O ware, levendige God, laat mij (duits:....ferner....)
en alle tijd een Bron van Uw krachtig troost-water hebben, waarmee ik in mijn ellende niet verga.
Onder Uw en mijn Borg wil ik mij graag verootmoedigen,
en zich voor U gering achten.
behoed mij voor Ismaëls aard, zodat ik niemand bespot, maar als Uw vrome erfkind
in U, als in mijn Vaders huis zijn en voor altijd blijven mag.
Amen, Amen.

Wat betekent in het nederlands: verspürt en ferner in deze zinnen?

[refo]

werkvertaling bij Genesis 16: Hagar en Ismaël.

O almachtige, goedertieren God en Vader,
Hoe gaarne en licht overlegd zich toch het menselijk hart,
wanneer het met tijdelijk geluk, het wat van anderen gezien heeft,
dat toch even daardoor zijn ellende bloeit en zijn welstand
verzwaard wordt, zoals Hagar ervaren had.
Mag ook evenwel de oorzaak zijn, waarom Gij
mij merkbaar in de woestijn van ellende heen leidt:
welke ik meestal niet zo licht erkent heb, wat ik aan mijn welstand gehad heb.
Zoals mijn ziel maar vele malen (duits: ...verspürt..)
dat Gij, mijn God, mij ziet en met Uw heilige engelen
om mij heen aanziet, daarom dank ik U van harte voor alles.
O ware, levendige God, laat mij (duits:....ferner....)
en alle tijd een Bron van Uw krachtig troost-water hebben, waarmee ik in mijn ellende niet verga.
Onder Uw en mijn Borg wil ik mij graag verootmoedigen,
en zich voor U gering achten.
behoed mij voor Ismaëls aard, zodat ik niemand bespot, maar als Uw vrome erfkind
in U, als in mijn Vaders huis zijn en voor altijd blijven mag.
Amen, Amen.

Wat betekent in het nederlands: verspürt en ferner in deze zinnen?

In de gaten hebben en voortaan.

[SecorDabar]

Werkvertaling bij Genesis 17 (naamsverandering van Abram en instelling van de besnijdenis)

O Heere, almachtige God,
Billijk en terecht zou ik voor U moeten wandelen,
en vroom zijn, omdat Gij niet alleen de almachtige God zijt,
maar in het bijzonder ook met mij een genadeverbond gemaakt hebt in Christus Jezus,
Het ware Zaad van Abraham.
Maar ach, helaas! Ik ondervind dat ik van nature
onbesneden van verstand, van wil en van vermogen ben, en daarbij veelvoudig
uit de (duits: schranken) van godzaligheid geweken ben,
welke ik deze dagelijks betuigt en bekent.
Ja, ik val op mijn aangezicht voor U
en bid en smeek om genade:
Wilt Gij daarom Uw verbond met mij niet opheffen,
om Jezus Christus, om Uws lieven Zoons wil,
Welke de besnijding aangenomen heeft, opdat ik in Hem
besneden wordt door aflegging van het zondige leven in het vlees.
Ach Heere, besnijdt mijn hart door Uw Heilige Geest,
dat ik niet zou lachen met Uw heilgeheimen,
maar in het bijzonder vast zou geloven, dat wat Gij (duits: redest...)
dat kunt en wilt Gij ook doen,
opdat alzo mijn ziel niet uitgeroeid zou worden
uit Uw volk.
Liefderijke God, zoals Gij ook de geringsten van Abrahams huis,
de besnijdenis verwaardigt hebt, wilt Gij ook mij nimmermeer verwerpen.
Amen, Amen.

(het duitse woord schranken en redest is mij onbekend in het nederlands.