Gereformeerde Gemeenten

[Jantje]

Ik ook niet. Dus ik heb er geen antwoord op.

[GGotK]

Een stukje uit een preek van ds C vd Oever

Maar kom, kinderen des Heeren, laat ik, voor wij eindigen, ook nog een woord
spreken tot u, want alle troost en blijdschap, die er in deze tekst ligt opgesloten, komt
u toe. Voor u is Jezus gekruist, gestorven en opgestaan. Maar velen van u kunnen dat
niet geloven. Ja, zo was het met Maria en de Apostelen van Jezus ook, die konden het
ook niet geloven en toch liet Jezus het hun aanzeggen. Dat doet Hij nu ook nog aan u.
Ik mag, ik moet het in Zijn Naam u aankondigen, dat alles wat u in Adam in het
Paradijs hebt verloren, in Christus in de hof van Jozef van Arimathéa weer is
gevonden. En gelijk Maria die boodschap moest brengen, alzo heeft de Heere Jezus
ook mij gezonden, om die blijde boodschap aan u en al Zijn volk te brengen, dat Hij
opgevaren en heengegaan is om u plaats te bereiden en als die bereid is zal Hij u tot
Zich nemen, opdat u moogt zijn, daar Hij is.
Maar ik denk, dat sommigen van u wel vragen: ach, waarbij zal ik toch kunnen weten,
of ik tot en onder die bevoorrechten behoor?
Kom, daar wil ik eens enige kenmerken van oplossen.
De Heere Jezus zeide tot Maria, dat Zijn Vader en Zijn God ook de Vader en de God
van Maria en de discipelen was. Dus hebt u dan op te letten of u uw beeld kunt vinden
in Maria of in de discipelen. Merk dan eens op. De discipelen hadden het zwaar tegen
Jezus verzondigd, evenwel konden zij het noch in de zonden, noch in de wereld meer
houden. Maar zij zaten te wenen om het gemis van Jezus, zodat al hun begeerten zich
daarnaar uitstrekten, om Hem te ontmoeten. Buiten dat kon niets hun zielen
166
vergenoegen. Maria, toen zij Jezus zag, wilde Hem aangrijpen en viel als aan Zijn
voeten neer.
O, M. G. V., zeker zult u datzelfde in u bevinden, omdat het genadelicht in uw zielen
uitgestort is en u ontdekt zijt aan de bronnen van uw zondig bestaan, zo is het zeker,
dat u veeltijds uzelf veroordeelt. U denkt, dat de Heere Jezus toch met zulken niet te
doen wil hebben, die het zo voor en tegen Hem hebben afgemaakt, die nog niets
anders in u bevindt als zonde en ongerechtigheid, die uw ziel kwelt en waarover u
dagelijks treurt en weent. Immers is er niets, dat uw ziel kan vergenoegen buiten
Jezus? O, Hem eens te mogen ontmoeten, zou u niet minder dan Maria aan Zijn
voeten doen neervallen en Hem doen aangrijpen en vasthouden.
Welnu, zo was het immers ook met hen gesteld en evenwel zegt Jezus, dat Zijn Vader
hun Vader was, dus dan ook uw Vader.
M. G. V., het gaat u evenals. Maria, Zij wilde Jezus aanraken om door het gevoel te
leven. Zo is het ook met u gesteld. Gij wilt gevoelen. Maar de Heere wil u door het
geloof doen leven en niet door gevoel. U wilt een hoorbare stem hebben, of u zou met
uw natuurlijk oog wat willen zien, nietwaar?
Gij moet evenwel weten, dat de Heere Jezus nu met Zijn lichaam is opgevaren tot Zijn
Vader en uw Vader, enz.. Maar Hij heeft Zijn Geest op aarde gezonden, ja, ook in uw
ziel gegeven tot een onderpand. Die leert en leidt u nu op een geestelijke wijze. Die
speent u dagelijks aan al dat gevoelige en doet u zoeken de dingen die boven zijn, daar
Christus is.
Daar zijn immers uw gedachten en al uw werkzaamheden heen, daar is toch de
meesten tijd uw hart?
O, mijn ziel, zag u eens, hoe dikwijls u Jezus aanraakt. Zo menigmaal als het u
vergund mag worden, om te naderen tot de genadetroon en ge uw hart in Jezus' schoot
moogt uitstorten en kwijt worden, raakt u Jezus aan. Dat wil en zal uw lieve Jezus u
niet verbieden, op zulk een wijze moogt u vrij aan Zijn voeten neervallen en door het
geloof hem aanraken. Ja, kom vrij om Hem zo aan te raken in Zijn tekenen, hetzij in
de doop. Maar ook vooral in het nachtmaal. U moogt Hem aanraken in Zijn Woord en
beloften, want die zijn voor u. al de beloften Gods zijn in Christus voor Zijn volk Ja
en Amen, en daaronder behoren nu ook zulke Maria's.
Nu, ik hoop dat de Heere Jezus spoedig de zielsogen daarvoor mag openen en al de
nevelen doe opklaren, opdat u uw Jezus moogt aanschouw als van God aan u
geschonken tot wijsheid, rechtvaardigmaking, heiligmaking en volkomen verlossing.

[Posthoorn]

Zijn er ook preken van vóór 1945 in de GG waarin dit zo geleerd is? Ik heb mij daar nooit zo op georiënteerd.

Dat niet alle kinderen van God Zondag 23 'meemaken', vind je ook terug bij ds. G. van Reenen en ds. G.H. Kersten.

[Geytenbeekje]

Zijn er ook preken van vóór 1945 in de GG waarin dit zo geleerd is? Ik heb mij daar nooit zo op georiënteerd.

Dat niet alle kinderen van God Zondag 23 'meemaken', vind je ook terug bij ds. G. van Reenen en ds. G.H. Kersten.

En bij ds R. Kok ?

[DDD]

De preek van ds. C. van den Oever vind ik in ieder geval geen bewijs. Want dat zou ik zelf ook zo kunnen zeggen, terwijl ik echt geen aanhanger ben van de leer dat mensen al kunnen weten een kind van God te zijn voordat zij Christus kennen.

[Geytenbeekje]

De preek van ds. C. van den Oever vind ik in ieder geval geen bewijs. Want dat zou ik zelf ook zo kunnen zeggen, terwijl ik echt geen aanhanger ben van de leer dat mensen al kunnen weten een kind van God te zijn voordat zij Christus kennen.

De kennis wordt wel steeds meer en meer verdiepen, maar inderdaad, het blijven hangen in de bekommerden staat vind je nergens in de Bijbel terug.

[-DIA-]

Zijn er ook preken van vóór 1945 in de GG waarin dit zo geleerd is? Ik heb mij daar nooit zo op georiënteerd.

Dat niet alle kinderen van God Zondag 23 'meemaken', vind je ook terug bij ds. G. van Reenen en ds. G.H. Kersten.

Dat is waar, en het beste is dat dominees dan niet uit een boekje gaan preken want dan gaan ze de fout in. Zoals ds. van Laar het hier deed, bewogen erkennen dat hij dit niet beleefd had gaf indruk. Eerlijk.

[Terri]

Ik heb geen zin om daar naar te gaan luisteren. Kun je een samenvatting geven?
Met name m.b.t. zondag 23 is het maar de vraag wat je met 'aloude leer' bedoelt. Ik noem maar even wezen en welwezen.

De dominee begon met het gedicht van Reijer Pothoven en dat het zo'n opgave kan wezen voor Gods knechten om over deze Zondagsafdeling te preken. Verder wees hij er op dat we allen moeten staan naar de rechtvaardiging van het geloof, wil het wel zijn op weg en reis naar de nimmereindigende eeuwigheid. Ook wees hij erop dat ook bekommerden iets horen te kennen van het leven uit Zondag 23 (Hij verwees ook naar de preek over Romeinen 5: 1, van Comrie.), maar dat de meeste kinderen des Heeren in dit leven Zondag 23 van verre aanschouwen en slechts ten dele kennen.

Nou, zoiets vermoedde ik al. Voor elk wat wils. Maar dat staat allemaal zo niet in de vragen en antwoorden.

Wat houdt dit in? ( dik gedrukt)
De zondaar wordt gerechtvaardigd door het geloof, ja, maar wel met een adres; het geloof in Jezus Christus.
Ik vind dit anders wel een erg 'vage' omschrijving.
Zoiets als een buurman eens zei; 'hij doet nog wel aan geloof' .

[DDD]

Zijn er ook preken van vóór 1945 in de GG waarin dit zo geleerd is? Ik heb mij daar nooit zo op georiënteerd.

Dat niet alle kinderen van God Zondag 23 'meemaken', vind je ook terug bij ds. G. van Reenen en ds. G.H. Kersten.

Dat is waar, en het beste is dat dominees dan niet uit een boekje gaan preken want dan gaan ze de fout in. Zoals ds. van Laar het hier deed, bewogen erkennen dat hij dit niet beleefd had gaf indruk. Eerlijk.

Wat mij betreft, geeft het een geheel verkeerde indruk. Dus dat zijn wij niet eens. Integendeel. Ik vind het een ingrijpende dwaling en ik ben heel benieuwd of zoiets voor de tachtiger jaren van de vorige eeuw in de Gereformeerde Gemeenten voorkwam.

[Jantje]

het geloof in Jezus Christus

Precies. Dat werd dan ook bedoeld. Vooral in de eerste gedachte kwam dat heel duidelijk naar voren.

[-DIA-]

Zijn er ook preken van vóór 1945 in de GG waarin dit zo geleerd is? Ik heb mij daar nooit zo op georiënteerd.

Dat niet alle kinderen van God Zondag 23 'meemaken', vind je ook terug bij ds. G. van Reenen en ds. G.H. Kersten.

Dat is waar, en het beste is dat dominees dan niet uit een boekje gaan preken want dan gaan ze de fout in. Zoals ds. van Laar het hier deed, bewogen erkennen dat hij dit niet beleefd had gaf indruk. Eerlijk.

Wat mij betreft, geeft het een geheel verkeerde indruk. Dus dat zijn wij niet eens. Integendeel. Ik vind het een ingrijpende dwaling en ik ben heel benieuwd of zoiets voor de tachtiger jaren van de vorige eeuw in de Gereformeerde Gemeenten voorkwam.

Jij kunt dat VINDEN..., maar de praktijk moest toch zijn dat het gepredikt wordt, de volle Raad Gods toch?

[DDD]

Zeker. En dat door mensen die zelf vol van Christus zijn.

Anders zal het geen dageraad hebben.

[samanthi]

Dit zijn de verwijsteksten bij zondag 23
Die in den Zoon gelooft, die heeft het eeuwige leven; maar die den Zoon ongehoorzaam is, die zal het leven niet zien, maar de toorn Gods blijft op hem. Johannes 3:36


Maar uit Hem zijt gij in Christus Jezus, Die ons geworden is wijsheid van God, en rechtvaardigheid, en heiligmaking, en verlossing. 1 Korinthe 1:30

Want ik heb niet voorgenomen iets te weten onder u, dan Jezus Christus, en Dien gekruisigd. 1 Korinthe 2:2

b
Die in den Zoon van God gelooft, heeft de getuigenis in zichzelven; die God niet gelooft, heeft Hem tot een leugenaar gemaakt, dewijl hij niet geloofd heeft de getuigenis, die God getuigd heeft van Zijn Zoon. 1 Johannes 5:10

De kanttekeningen bij deze tekst zeggen: 26 Dat is, is door den Heiligen Geest, Die het geloof in hem gewrocht heeft, in zijn hart hiervan overtuigd en verzekerd.

[DDD]

Die laten aan duidelijkheid ook niets te wensen over, inderdaad.

Ik moet zeggen: de helft is mij niet aangezegd. Ik wist wel dat er predikanten waren op grond van een op zich theoretisch juiste constatering dat er mensen zijn die wel wedergeboren/levendgemaakt zijn, maar Christus nog niet bewust kennen, kleingelovigen willen troosten. Maar dat het zo ver ging dat er ook kleingelovigen op de preekstoel zouden komen, dat schokt mij wel. Ik vermoed echt dat dat nieuw is. Maar ik wil niet zelf aan geschiedvervalsing doen, dus dit is vooralsnog een hypothese.

[ejvl]

De dominee begon met het gedicht van Reijer Pothoven en dat het zo'n opgave kan wezen voor Gods knechten om over deze Zondagsafdeling te preken. Verder wees hij er op dat we allen moeten staan naar de rechtvaardiging van het geloof, wil het wel zijn op weg en reis naar de nimmereindigende eeuwigheid. Ook wees hij erop dat ook bekommerden iets horen te kennen van het leven uit Zondag 23 (Hij verwees ook naar de preek over Romeinen 5: 1, van Comrie.), maar dat de meeste kinderen des Heeren in dit leven Zondag 23 van verre aanschouwen en slechts ten dele kennen.

De rechtvaardigmaking vind in zondag 7 plaats, dat ik van harte geloof dat niet alleen voor anderen, maar ook voor mij, de zonden vergeven zijn. Dat is de rechtvaardigmaking.
In zondag 23 wordt het nog verder uitgewerkt maar er zit geen verschil in het wezen, die is hetzelfde.
Het is niet iets als in zondag 7 nog met een openstaande schuld en zondag 23 de bewuste rechtvaardigmaking, nee dat is al in zondag 7. Een zeker weten... Schulden vergeven zijn.
Ieder kind van God beleeft dus de inhoud van zondag 7 en 23.