Gelezen (geloofsopbouwend)

Online
Gebruikersavatar
Maanenschijn
Berichten: 4030
Lid geworden op: 01 jan 2016, 14:33

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door Maanenschijn »

Erasmiaan schreef:Ik vraag me altijd af of er nog wel zoveel zijn die "zijn ganse leven tot zijn dood toe klagende en duister heengaan" en "bekommerden en zwakgelovigen onder Gods kinderen, die in het duister wandelen". Ook een opmerking als "Dat Manna wordt maar aan weinigen geschonken"... Ik hoor dat eigenlijk alleen ter rechterzijde.

En dat soort preken noemt men dan hier of op andere internetfora "een arm evangelie" of "een evangelie met kleine lettertjes"...
Waar heb je of dit forum gelezen dat een dergelijke prediking arm is, of kleine lettertjes? Dat lijkt me meer invulling van jou dan dat je dat hier leest.

Ik zit in een gemeente die ietsje rechts van het midden kan worden getypeerd, maar dergelijke klanken (of in andere bewoordingen) mij niet vreemd.

Overigens is Immens niet van mening dat we niet moeten staan naar meer licht en meer hemels Manna (opwas in genade en kennis van Christus verworven gerechtigheid). Ik hoop toch dat je het daar mee eens bent.
Wie lege handen heeft, kan ze altijd vouwen.
Zeeuw
Berichten: 11550
Lid geworden op: 19 sep 2018, 08:28

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door Zeeuw »

J.C. Philpot schreef:
Ds. W. Guthrie schreef:Het is een heerlijke, Goddelijke openbaring aan de ziel, Gods liefde uitstortende in het hart. Het is een zaak die beter te gevoelen dan te bespreken is. Het is geen hoorbare stem; maar het is een golf van heerlijkheid, die de ziel met God vervult, zoals Hij leven, licht, liefde en vrijheid is, hebbende in zich de kracht van die hoorbare stem: O, gij zeer gewenste man, Dan. 9 : 22 en 23, stellende de mens die het ondervindt in verrukking en vervoering als buiten zichzelf, met de woorden in zijn hart: het is goed hier te zijn, gelijk Petrus zeide, Matth. 17 : 4.

Het is datgene wat van Christus uitging tot Maria, als Hij haar naam noemde, Joh. 20 : 16. Hij had al eerder enige woorden tot haar gesproken, doch zij verstond het niet, dat Hij het was. Maar toen Hij dit ene woord sprak: Maria, toen werd er een wonderbare Goddelijke toevoering en openbaring gemaakt aan haar hart, waardoor zij zo volkomen naar wens vervuld werd, dat er geen plaats was voor redenering en tegenspraak, of Hij Christus was al of niet, en of zij wel enig deel aan Hem had. Die openbaring maakte geloof voor haarzelf en is van even gelijke kracht als het woord: Dus spreekt de Heere.

Dit is zulk een glans van heerlijkheid, dat het in de hoogste zin mag genoemd worden een onderpand of de eerstelingen van de erfenis. Want het is een gevoelen van de arm van de heilige God, die de gelovige bijna geheel Zijn beeld gelijkvormig maakt, hem zodanig verrukkende, dat hij alles vergeet, behalve de tegenwoordige openbaring. 0, hoe heerlijk is die openbaring des Geestes! 't Geloof klimt hier tot zulk een volle verzekerdheid op, dat het zich ten enenmale uitlaat in gevoelige omhelzingen Gods. Dat is de zaak die het best de naam verdient van gevoelige tegenwoordigheid.
Mooi Philpot! En zo waar.
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door J.C. Philpot »

Schatgraven Nieuwsbrief schreef:Hem nu, Die machtig is meer dan overvloediglijk te doen boven al wat wij bidden of denken, naar de kracht die in ons werkt, Hem zeg ik, zij de heerlijkheid in de gemeente door Christus Jezus, in alle geslachten, tot alle eeuwigheid. Amen. Efeze 3: 20,21.

(…)
Laat u dan door de zonde niet van het gebed afhouden. Kom des te meer, omdat u verzoening en kracht nodig hebt, en de genade van God te meer verheerlijkt wordt.

Lezers, neem dus de vrijmoedigheid om te bidden. zoek geen uitvluchten meer om uw luiheid te koesteren en uzelf gerust te stellen als u het bidden nalaat.

Velen zijn als Samuël, toen hij de stem van God nog niet kende. Deze mensen zullen vragen: ‘Wanneer antwoordt God op mijn gebed?’ Dat kan zijn in het begin, tijdens het bidden of na het gebed.

God antwoordt soms in het begin van het gebed. De Heere toont dat Hij antwoorden wil, als de Geest tot bidden aanspoort en de ziel geen rust laat totdat zij bidt. Dat is alsof God zei: ‘Ik ken u wel, u hebt genade gevonden in Mijn ogen, Ik heb u lief, Mijn oog zal op u zijn, Ik zal u leiden door Mijn raad en daarna in heerlijkheid opnemen’. De bidder merkt dat ook als zodanig, hij verwondert en verblijdt zich, en kan niet anders zeggen dan: Abba, Váder!

God antwoordt ook wel tijdens het bidden. Dat is als men na donkerheid en worstelingen in een stille en blijde gestalte komt, en de stem van God hoort alsof die zei: ‘Gij zijt Mijne, uw zonden zijn u vergeven, uw gebed is Mij aangenaam’. Zo’n antwoord brengt de ziel in een heilige gestalte om de Heere met het gehele hart te dienen. God verhoort de bidder als Hij hem een sterk geloof en volle verzekering geeft van de verhoring van zijn gebed. Dit antwoord verblijdt de bidder, en hij laat de tijd en wijze ervan met genoegen aan de Heere over.

God antwoordt ook wel na het gebed. Hier moet de bidder goed opletten, want er zijn zaken die de Heere niet ineens, maar trapsgewijze geeft, zoals de aanwas in de genade. Als God een zaak direct geeft, kan men zien dat God het gebed beantwoord heeft. Geeft God een verhoring enige tijd erna, dan zal men er dubbel blij over zijn. Zo antwoordde de Heere het gebed van Zacharias.

U moet oppassen dat u een gebedsverhoring niet aanmerkt als de algemene voorzienigheid van God. Let ook op dat u het niet toeschrijft aan tweede oorzaken, wat onze verdorven natuur zo eigen is. Job zelf kwam met deze uitdrukking, die we lezen in Job 9:16: ‘Indien ik roep en Hij mij antwoordt, ik zal niet geloven, dat Hij mijn stem ter ore genomen heeft’. Erken dan de hand van God in al het goede dat u ontvangt. En als u iets ontvangt en u kunt zich niet meer herinneren dat u er hartelijk om gebeden hebt, verwonder u dan des te meer dat de Heere aan u dacht toen u niet aan Hem dacht, en u veel meer gegeven heeft dan u ooit gevraagd hebt.


Auteur: ds. W.à Brakel (1635-1711).
Titel: Redelijke Godsdienst, Bijbels dagboek.
Uitg.: De Groot Goudriaan
ISBN: 9789088653599
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Erasmiaan
Berichten: 8596
Lid geworden op: 17 okt 2005, 21:25

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door Erasmiaan »

Guy schreef:
Erasmiaan schreef:Ik vraag me altijd af of er nog wel zoveel zijn die "zijn ganse leven tot zijn dood toe klagende en duister heengaan" en "bekommerden en zwakgelovigen onder Gods kinderen, die in het duister wandelen". Ook een opmerking als "Dat Manna wordt maar aan weinigen geschonken"... Ik hoor dat eigenlijk alleen ter rechterzijde.

En dat soort preken noemt men dan hier of op andere internetfora "een arm evangelie" of "een evangelie met kleine lettertjes"...
Commentaar op 'rechts' hoeft niet per definietie te maken te hebben met wat 'men' elders zou bedoelen.
En hierom moeten bekommerden en zwakgelovigen onder Gods kinderen, die in het duister wandelen niet kleinmoedig zijn, alsof hun werk geen waarheid was omdat zij die verkwikkingen niet hebben. Och nee, laat dat u niet beroeren. Al was het dat u niet anders ondervond dan maar een stil aankleven, vasthouden, uitzien en wachten op de Heere, we hebben in de voorgaande verhandelingen aangewezen, dat zulks ook geloven is en derhalve ware genade.
Het oproepen om niet kleinmoedig te zijn wordt bij soms ook wel als een 'drijven' getypeerd. Of als het geven van 'slaag' aan de kleintjes in de genade.
De wijze waarop geestelijk leiding wordt gegeven aan de hierboven geschetste standen of geestelijke gesteldheden kan ook onderwerp zijn van de vermeende kritiek op 'rechts'. Dat hoeft nog geen kritiek te zijn op de aanwezigheid van de geestelijke gesteldheid zoals in punten 1-3 bij Immens worden genoemd, laat staan dat dit direct gerelateerd is een bepaald type prediking.
ik snap eerlijk gezegd niet wat de bedoeling is van je reactie.
Te cryptisch voor mij.
Erasmiaan
Berichten: 8596
Lid geworden op: 17 okt 2005, 21:25

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door Erasmiaan »

Maanenschijn schreef:
Erasmiaan schreef:Ik vraag me altijd af of er nog wel zoveel zijn die "zijn ganse leven tot zijn dood toe klagende en duister heengaan" en "bekommerden en zwakgelovigen onder Gods kinderen, die in het duister wandelen". Ook een opmerking als "Dat Manna wordt maar aan weinigen geschonken"... Ik hoor dat eigenlijk alleen ter rechterzijde.

En dat soort preken noemt men dan hier of op andere internetfora "een arm evangelie" of "een evangelie met kleine lettertjes"...
Waar heb je of dit forum gelezen dat een dergelijke prediking arm is, of kleine lettertjes? Dat lijkt me meer invulling van jou dan dat je dat hier leest.

Ik zit in een gemeente die ietsje rechts van het midden kan worden getypeerd, maar dergelijke klanken (of in andere bewoordingen) mij niet vreemd.

Overigens is Immens niet van mening dat we niet moeten staan naar meer licht en meer hemels Manna (opwas in genade en kennis van Christus verworven gerechtigheid). Ik hoop toch dat je het daar mee eens bent.
Dat lees je als je de pennenvruchten van ds. vd Brink leest, bijv. En zijn instemmers. Moet je hier eens zeggen dat het een kleine kudde is die zalig wordt… of over bekommerden spreken. Ik denk dat er veel kerken zijn waar die niet meer bestaan.
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door J.C. Philpot »

Beproef dan ook uw hoop en wees er zeker van dat die juist is, anders staat u teleurstelling te wachten. Hoe is die hoop bewerkt? Als die met u geboren is en u nooit anders hebt gedaan dan hopen, wantrouw die hoop dan. Het fundament van een goede hoop is gelegd in een soort wanhoop - geen hoop op wie ikzelf ben; ik moet een beter fundament hebben. Hoe is die hoop werkzaam? In een voortdurende zorg om God te behagen, in een angst om Hem te beledigen? Dan is het juiste hoop. Leidt die hoop tot loutering van uzelf? Bewerkt ze liefde voor de Heere Jezus? Dat kan niet anders als u goede hoopt hebt.

Ds. P. Henry
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door J.C. Philpot »

Jonathan Edwards over het verschil tussen verstandskennis en bevindelijke kennis:

Er zijn twee soorten kennis van het goede, waartoe God het verstand van de mens in staat heeft gesteld. De eerste is die welke slechts theoretisch is. En de andere bestaat in het kennen met het hart; wanneer het hart het genot en de verrukking gewaar gaat worden bij die kennis van de waarheid. In het eerste wordt slechts het begrip uitgeoefend, in tegenstelling tot de gesteldheid van de ziel. Zo is er een verschil tussen het hebben van een mening, dat God heilig en genadig is, en het hebben van een ervaring van de lieflijkheid en schoonheid van die heiligheid en genade. Er is een verschil tussen een rationeel oordeel dat honing zoet is en een besef van de zoetheid ervan. Een mens kan het eerste hebben als hij niet weet hoe honing smaakt; maar een mens kan het tweede niet hebben als hij geen idee heeft van de smaak van honing.

Ds. J. Edwards
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door J.C. Philpot »

Thomas Goodwin over de onderscheiden wijze hoe de personen van de drie-eenheid in Gods kinderen wonen.

Van God de Vader wordt gezegd dat hij in ons woont door de liefde. God de Vader woont bij uitstek in ons door ons begrip van Hem in Zijn liefde; zowel in Zijn liefde tot ons, als in onze liefde tot Hem: zo vindt u het in 1 Joh. iv. 16: "En wij hebben gekend en geloofd de liefde, die God tot ons heeft. God is liefde; en die in de liefde blijft, blijft in God, en God in hem.". Broeders, een mens die grote waarnemingen heeft, of enige ware waarnemingen van de liefde van God tot hem, en zijn hart daarop gericht houdt, die blijft daardoor bij God de Vader. Als ge de hele Schrift beziet, is de voornaamste eigenschap die aan de Vader wordt toegeschreven de liefde: "De genade van onze Heere Jezus Christus, en de liefde van God de Vader". Hoewel Christus ons ook liefheeft, is het de liefde van de Vader die de oorsprong is van alles. Hoe meer u de liefde van de Vader aanneemt, of u dat nu doet met zekerheid, of dat u dat doet door die liefde te aanbidden, en u aan die liefde te hechten, en die liefde na te volgen die u in de Vader aanneemt; hoe meer u dat doet, hoe meer God de Vader in u woont; daarom bidt de apostel: "Opdat Christus door het geloof in uw harten wone, en gij in de liefde geworteld en gegrond zijt;" maar het is in de liefde van God de Vader. Maar...

Jezus Christus woont in ons door het geloof, zo wordt hier gezegd, en wij leven in Christus door het geloof: Gal. ii. 20; "ik leef, doch niet meer ik, maar Christus leeft in mij; en hetgeen ik nu in het vlees leef, dat leef ik door het geloof des Zoons van God". Maar woont Christus ook niet in ons door de liefde? Het is zeker dat Jezus Christus ook door liefde in ons woont; want Hij is onze man, en daarom moet het zo zijn dat Hij ook door liefde in ons woont. Maar hoewel Hij evenzeer door de liefde als de Vader in ons woont, is onze omgang met Hem bij uitstek door het geloof; Hij woont in ons door het geloof, niet anders dan dat de Vader ook door het geloof in ons woont, maar Christus in het bijzonder. En in Handelingen xx. 21 wordt het "de bekering tot God en het geloof in onzen Heere Jezus Christus" genoemd; niet dat wij ons in het bijzonder tot Christus bekeren, maar geloof is het meest kenmerkende jegens Christus in dit leven. Maar...

Er wordt gezegd dat de Geest ook in ons woont; maar, mijn broeders, er wordt niet gezegd dat de Geest in ons woont door het geloof; wat echter niet moet worden verstaan alsof wij niet in Hem geloven, maar dat de ziel het grootste deel van haar geloofswerkzaamheid uitoefent op Christus, als haar meest verheugende voorwerp; maar de Geest is als het ware verborgen in het hart, en werkt het geloof in ons ten opzichte van Christus, en de liefde in ons ten opzichte van God. Ik zeg niet dat wij helemaal geen geloof en liefde op de Geest moeten uitoefenen: er is geloof in de Geest - in de geloofsbelijdenis staat: "Ik geloof in de Heilige Geest" - en liefde van de Geest in een christen, zoals in Rom. xv. 30 staat. Daar wordt gezegd: "door de liefde des Geestes". Er is dus een liefde tot de Geest in een christen; een liefde in ons tot de Geest, omwille van de liefde van de Geest zelf tot ons. Zoals ook, omdat het de Geest is die de liefde van God in ons hart uitstort. De Geest werkt in ons liefde tot God en geloof in Christus Jezus; maar Hij is verborgen en sluimert als het ware in ons hart, en wij beseffen weinig hoe Hij in ons is.


Ds. T. Goodwin
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door J.C. Philpot »

Het is nutteloos om hen die niet gewond zijn te genezen, om hen te kleden die niet ontkleed zijn, en hen rijk te maken die nooit hun armoede hebben gezien. Zo lang de wereld zal bestaan, zullen we de Heilige Geest nodig hebben, niet alleen als Trooster, maar ook als de Overtuiger, die de wereld zal overtuigen van zonde, gerechtiģheid en oordeel.

Ds. C.H. Spurgeon, 1883
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
-DIA-
Berichten: 32701
Lid geworden op: 03 okt 2008, 00:10

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door -DIA- »

DE VRUCHT VAN DE HEILIGE GEEST
Want de vrucht des Geestes is in alle goedheid en rechtvaardigheid en waarheid.
Efeze 5:9
-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.-.--.-.-.-.-.-.-.-
Een geestelijk volk kan niet verborgen blijven. Het zal de vrucht des Geestes, welke de Heere ook bij de Zijnen zoekt, openbare. Een kwade boom kan geen goede, en een goede boom kan geen kwade vruchten voortbrengen.
Waar de vrucht des Geestes in bestaat, wijst Paulus hier aan. De nieuwe natuur, uit God geboren, draagt dezelve.
Hieraan is Gods volk te onderkennen van de wereldling en de tijdgelovige. Zien wij dan om ons heen, hoe geesteloos blijkt dan ons geslacht. Deze vruchten worden bijna niet meer gevonden.
Maar onderzoeke een ieder zich persoonlijk. Hoe kunnen wij weten, of wij door de Heilige Geest zijn ingeplant in de wijnstok Christus? Wel, die ranken worden gereinigd (en dat veroorzaakt pijn) opdat zij meer vrucht dragen.

Uit: Dagelijks Manna,
Bijbels dagboekje met korte overdenkingen,
geplaatst op de scheurkalender Dagelijks Manna, 1933
Verschillende auteurs.
© -DIA- Laatst actief: 00 xxx 24??
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door J.C. Philpot »

Heb je jezelf weleens gezien als iemand die zo hopeloos vast zit in de zonde, en zo hulpeloos in het aangezicht van het leven en de kracht van het kwaad, dat niets dan de dood van Christus je ooit zou kunnen redden? Zo niet, dan ben je in precies dezelfde toestand als deze Joden.

Ds. M.L. Jones
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door J.C. Philpot »

Dit is het begin van elk christelijk werk. Onze tijd heeft het nodig dat er overtuiging van zonden aan de zondaar gebracht wordt. De zondaar moet zijn zonden voelen, en de christen moet ook de zonden van anderen voelen. We worden opgeroepen om de last van de zonde om ons heen te voelen, zodanig te voelen dat we op onze knieen vallen en wenen en bidden.

Ds. M.L. Jones
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door J.C. Philpot »

Het is op een bepaalde manier zo dat de kerk een gevaarlijkere plaats is voor de ongelovige, dan de wereld. De kerk is veel te bezorgt om maar mensen lid te laten worden. Kerklidmaatschap, tenzei het is gebaseerd op een waar en beslist geloof in, en ervaren van Jezus Christus, de Zoon van God, kan uitermate gevaarlijk zijn, en zelfs de oorzaak zijn van de verdoemenis van een ziel.

Ds. M.L. Jones
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Gebruikersavatar
J.C. Philpot
Berichten: 8917
Lid geworden op: 22 dec 2006, 15:08

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door J.C. Philpot »

Ds. P. de Vries schreef:De prediking van het Evangelie en het gehoor geven daaraan

Dr. P. de Vries

Niet vrijblijvend

De verkondiging van het Evangelie is geen vrijblijvende mededeling van een stand van zaken. Zo wordt het wel eens voorgesteld, hoe verschillend de uitwerking dan ook is. Het komt voor dat de ver­­­kondiging van het Evangelie gezien wordt als de mededeling, dat, zo niet iedereen, dan toch zeker alle kerkgangers in de zaligheid delen. Hier wordt de boodschap van het Evangelie ronduit ver­draaid. De Bijbel leert ons nadrukkelijk dat niet allen, ook niet allen die het Woord horen, zalig wor­den. Weer anderen menen dat de verkondiging van het Evangelie niet meer is als de mededeling van de rechte leer. In de Bijbel komt echter nadrukkelijk naar voren dat het Evangelie gepredikt moet worden, opdat mensen bewogen worden tot het geloof in de Heere Jezus Christus. Terecht le­zen we dan ook in de Dordtse Leerregels II, 6,dat het Evangelie moet gepredikt worden met bevel van ge­loof en bekering.

In dit verband spreken we wel over de uitwendige roeping of het aanbod van genade. Het onder­scheid tussen uitwendige en inwendige roeping waarop ik straks terugkom, vinden we reeds bij Au­gus­tinus. De uitwendige roeping is de prediking van het Evangelie met de oproep tot geloof en be­ke­ring. We mogen ook zeggen met de uitnodiging om tot Christus te komen. Hij zelf wordt ons in het Evangelie aangeboden. Sommigen hebben met de woorden ‘aanbod’ en ‘aanbieden’ moeite en spreken liever van ‘voorstel’ en ‘voorstellen’. Dat wordt echter een woordenstrijd.

Als ik iemand roep, hoop ik dat hij luistert. Als ik iemand iets aanbied hoop ik dat hij erop ingaat. Als ik iemand iets voorstel, hoop ik dat hij mijn voorstel aanneemt. God laat ons Zijn Evangelie verkondigen, opdat zondaren zalig worden. Zeker is, dat Hijzelf geloof en bekering in het hart werkt. Even zeker is ook, dat de prediking van het Evangelie niet een vrijblijvende mededeling van een stand van zaken is, maar een indringend appel zich met God te laten verzoenen door het bloed van de Heere Jezus Christus. De prediking van het Evangelie met het bevel van geloof en bekering daarin vervat is de grond waarop men tot de Heere Jezus Christus mag vluchten.

In dit kader lezen we in de Dordtse Leerregels, III/IV, 9,het volgende: ‘Dat er velen, door de be­die­ning des Evangelies geroepen zijnde, niet komen en niet bekeerd worden, daarvan is de schuld niet in het Evangelie, noch in Christus, door het Evangelie aangeboden zijnde, noch in God, die door het Evangelie roept, en zelfs ook dien Hij roept, onderscheiden gaven mededeelt; maar in degenen, die geroepen worden; van dewelken sommigen, zorgeloos zijnde, het woord des levens niet aannemen; anderen nemen het wel aan, maar niet in het binnenste huns harten, en daarom is het, dat zij, na enige kortstondige blijdschap, van het tijdelijke geloof wederom terugwijken; anderen verstikken het zaad des Woords door de doornen der zorgvuldigheden en wellusten der wereld, en brengen geen vruchten voort; hetwelk onze Zaligmaker leert in de gelijkenis van het zaad.’

*

Hoe moet je geloof en bekering zien?

Hoe moet je geloof en bekering zien? Zijn dat voorwaarden om in de zaligheid te delen? Het is maar hoe je het woord ‘voorwaarden’ invult. Duidelijk is, dat er geen zaligheid is zonder geloof en be­kering. Met het woord ‘voorwaarden’ moeten we echter hier heel voorzichtig omgaan en het is wellicht beter het helemaal te vermijden. Zo gauw ontstaat de indruk dat een mens eerst kwaliteiten in zichzelf moet ontdekken, alvorens hij tot Christus mag naderen.

De grond om tot Christus te naderen ligt echter niet in eigen kwaliteit of hoedanigheid in ons, maar in de roepstem van Christus. In antwoord 31 van de Korte Catechismus van Westminster lezen we dat Christus ons in het Evan­ge­lie vrij wordt aangeboden. God vooronderstelt geen kwaliteiten van onze kant als Hij ons nodigt de toe­vlucht te nemen tot Christus.

Met name de zogenaamde Marrowmen, van wie de gebroeders Ebenezer (1680-1754) en Ralph (1685-1752) Erskine en Thomas Boston (1676-1732) de belangrijkste ver­tegenwoordigers zijn, spraken heel nadrukkelijk van een onvoorwaardelijk aanbod van genade. Een mens moet niet zoeken naar ge­schiktheden in zichzelf, maar met alle ongeschiktheid die hij in zichzelf vindt, gehoor geven aan Christus’ uitnodiging.

Ik verwijs heel in het bijzonder naar de preken van Thomas Boston over Mattheüs 11:28: ‘Komt herwaarts tot Mij, allen die vermoeid en belast zijt, en Ik zal u rust geven.’ In zijn uitleg beklemtoont Boston dat onze Heere niet sprak over hen die zich vermoeid en belast voelen, maar die het zijn. Hij legt daarbij, dat geef ik toe, nog weer iets andere accenten dan in de kanttekeningen van de Statenvertaling het geval is.

Ik geef, als het gaat om het aan­bod van Gods genade in Christus, ook door wat Brakel in de Redelijke Godsdienst in het hoofd­stuk over de roeping over deze dingen schrijft. ‘Hij roept, Hij nodigt nu een iegelijk; Wendt u naar Mij toe en wordt behouden, neemt Mij aan, geeft u over aan Mij, treedt met Mij in een verbond, zoo zult gij niet verloren gaan, maar het eeuwige leven hebben.’‘God roept allen en een ieder die onder de be­die­ning van het Evangelie leven. Dit dient wel aangemerkt te worden, opdat men vrijmoedigheid hebbe om Christus aan te nemen, hetwelk men niet doen zou, indien het Evangelie niet aangeboden werd.’

*

Hoe komt men er nu toe op de roepstem van Christus in te gaan?

Als het gaat om deze zaken, is er veel strijd gevoerd die slechts een strijd van woorden was. Laten we om woorden niet twisten, maar aan de zaken waarom het gaat, vasthouden. De prediking van het Evangelie is niet vrijblijvend. Als we er gehoor aan geven, komt in geen enkel opzicht de eer aan ons zelf toe. Dat brengt mij bij de beantwoording van de vraag: ‘Hoe komt men er nu toe op de roep­stem van Christus in te gaan of het aanbod van Christus te omhelzen?’

Hier is het onderscheid tussen de uitwendige en inwendige roeping van belang. Tevergeefs treft het Woord ons oor als de Heilige Geest ons hart niet opent. Het feit dat God ons roept, betekent niet dat wij van nature geneigd zijn te luisteren. Het feit dat God ons Zijn genade aanbiedt, houdt niet in dat er in ons van na­ture een vermogen is om de genade aan te nemen. Dat God ons Zijn genade voorstelt, wil niet zeg­gen dat wij van nature capaciteiten hebben op dat voorstel in te gaan. Dat is de visie die werd ver­dedigd door de remonstranten, maar die terecht in de Dordtse Leerregels is bestreden en op grond van de Schrift weerlegd.

Van huis uit zijn we niet alleen onmachtig, maar zelfs onwillig ons tot God te bekeren en de toe­vlucht te nemen tot Christus. We zijn zo rijk in onszelf. We hebben genoeg aan wat de wereld ons biedt of aan eigenwillige godsdienst. Het aanbod van genade wordt niet aan ons gedaan omdat wij de macht zouden hebben het aan te nemen. Christus roept ons niet omdat wij gewillig zouden zijn om te horen. God Zelf werkt in ons wat Hij ons beveelt.

Om zalig te worden dienen we afgebroken te worden in onszelf, opdat wij opgebouwd worden in Christus. Bij de inwendige roeping of de wedergeboorte opent de Heilige Geest ons hart, verlicht Hij ons verstand, vernieuwt Hij onze wil en reinigt Hij onze gevoelens. Zo worden we van een vij­and een vriend. Zoals we eerst niet konden en wilden geloven, zo kunnen we het nu niet meer laten. Het wordt bij ons waar: ‘Moede kom ik arm en naakt tot de God Die zalig maakt’ of zoals in het be­wuste gezang in de oorspronkelijke Engelse versie staat: ‘Nothing in my hand I bring, simply to the cross I cling.’

Zeker is, dat zalig worden een eenzijdig Gods werk is. Uit louter erbarmen zond God Zijn Zoon, ter verzoening van de zonden en Hij is het, Die door Zijn Heilige Geest het willen en het werken in ons werkt, naar Zijn welbehagen. De grond van het geloof ligt in de prediking van het Evangelie, dat wij als een aanbod van Christus kunnen karakteriseren. Echter, de bron van het geloof is de wedergeboorte. Het geloof is geen mogelijkheid van de natuurlijke mens, maar een gave van God

Het wederbarende werk van de Heilige Geest is een onbegrijpelijk wonder. Het is voor ons nooit in kaart te brengen, want zoals de wind blaast waarheen hij wil, zo is het met iedereen die uit God ge­bo­ren is. Voor ons is vaak moeilijk aan te geven waar het geestelijk leven in ons eigen leven be­gon. Zijn we alleen verontrust over het feit dat wij God niet kunnen ontmoeten, dan mogen we niet van geestelijk leven spreken. We gaan echter ook te ver, als we zouden menen dat er dan pas sprake is van geestelijk leven als de mens voor het eerst de zekerheid ontvangt dat de zonden hem met­ter­daad vergeven zijn.

Het geestelijk leven ontstaat daar waar de Heilige Geest bij de inwendige roeping of de weder­ge­boorte het waarachtige en levende geloof in ons hart ontsteekt. Dat geloof is nooit zonder be­rouw en bekering. Bij de inwendige roeping krijgt de kennis van zonde het karakter van droefheid naar God. Dan beheerst niet langer vrees voor de rampzaligheid ons zoeken naar God, maar de droefheid dat wij nog zo weinig aan het beeld van Zijn Zoon gelijkvormig zijn.

Ook hier verwijs ik naar de Redelijke Godsdienst van Brakel en wel naar het hoofdstuk over de weder­geboorte. Brakel schrijft daar, dat er geen geestelijk leven is dan in de vereniging met Christus en dat het geloof het middel is van de vereniging met Christus. Het geestelijk leven ontstaat waar een mens voor het eerst het ge­loof in Christus beoefent. Nooit kan men gegronde zekerheid hebben van zijn wedergeboorte, als men niet weet in het geloof de Heere Jezus Christus te hebben omhelsd.

Geloven betekent dat overtuigd van het feit dat wij de eeuwige rampzaligheid hebben verdiend, Christus als Zaligmaker omhelzen. Dat maakt direct duidelijk hoe wij de relatie tussen kennis van zonde en geloof moeten zien. Kennis van zonde zonder geloof heeft ten slotte geen betekenis. Het kan hooguit betekent dat men zich realiseert nog buiten te staan, maar daarmee staat men niet binnen. Heel kernachtig en duidelijk heeft Spurgeon dat verwoordt in zijn boekje Rondom de enge poort.

Zoals kennis van zonde zonder geloof geen betekenis heeft, heeft geloof zonder kennis van zonde geen inhoud. Roemen in Christus zonder schuldverslagenheid en verwondering is het roemen van een natuurlijk mens die de Geest van de aanneming tot kinderen nog niet heeft ontvangen. Geloof zonder berouw is alleen een verstandelijke overtuiging maar dat geloof vertoont niet de kenmerken van het geloof dat de Heilige Geest werkt. Geloof en berouw blijven in dit leven onvolkomen. Nooit beoefenen wij teveel het geloof of leunen wij te zwaar op Christus.

Het zien op de gekruisigde Christus is ook het meest geschiktste middel om een verslagen hart te ontvangen en te houden. Het zien op Christus vervult niet alleen met berouw en verootmoedigt niet alleen maar geeft ook verwondering en blijdschap. Zoals er geen geloof is zonder droefheid naar God, is er ook geen geloof zonder vreugde in God door Christus.

De droefheid over de zonde mag een gematigde droefheid zijn. Dat geldt niet voor de blijdschap in God door Christus. Daar hoeft geen grens aan te worden gesteld. En toch blijft de blijdschap hier op aarde altijd maar ten dele. Niet in de laatste plaats omdat zij vermengd is met droefheid. Dat doet ons uitzien naar de wedekomst van Christus. Dan zullen droefheid en verdriet voor eeuwig verdwenen en zal de blijdschap volkomen zijn.

Laat niemand die nog buiten Christus is, wegblijven van Hem. Laat iedereen die belijdt Christus toe te behoren, zich onderzoeken of hij de kenmerken van hen die in Christus zijn bezit, namelijk droefheid over de zonden en een wegvluchten van de zonden en een vreugde in God door Christus. Als dat zelfonderzoek ons niet tot duidelijk brengt of wij een levend geloof hebben en Christus liefhebben, laten we dan onze knieën buigen en smeken of wij Christus nu gaan liefkrijgen als wij Hem reeds liefhebben en Hem nog meer gaan liefkrijgen als wij Hem reeds liefhebben.
Man is nothing: he hath a free will to go to hell, but none to go to heaven, till God worketh in him to will and to do of His good pleasure.

George Whitefield
Bertiel
Berichten: 4556
Lid geworden op: 14 sep 2018, 08:49
Locatie: bertiel1306@gmail.com

Re: Gelezen (geloofsopbouwend)

Bericht door Bertiel »

bedankt!
Evenwicht wat vaak zoek is, is hier te vinden
Wien heb ik nevens U in den hemel? Nevens U lust mij ook niets op de aarde!
Bezwijkt mijn vlees en mijn hart, zo is God de Rotssteen mijns harten, en mijn Deel in eeuwigheid.
Plaats reactie