Ander schreef:@ Luther, ik heb even 10 minuten naar de lezing zitten luisteren. Ik was blij te horen, bij alles wat ik al noemde, dat deze predikant afstand nam van dat dwangmatige moeten geloven en de focus op het gevoel. (al staat dat in contrast met de beelden die tot me komen, maar dat heb ik al meer gezegd.)
OK, helder! Met je eens! En juist met dat punt was ik ook blij.
Misschien kunnen we terugkeren naar het begin van de discussie. Want ik ben niet voor niets naar die lezing gaan luisteren. Ik was behoorlijk sceptisch, zoals ik al eerder zei. M.n. door de (vermeende) verbinding tussen Arjan Baan en ds. Simons. Ook hoor ik wel van mensen die hem vaak beluisteren: Zouden er ook nog anderen dingen in de Bijbel staan dat de rechtvaardiging van de goddeloze. Verder heb ik steeds meer moeite gekregen met (wat Afgewezen ook opmerkt) zijn drijverige manier van preken en spreken. Dat gaat inderdaad op den duur tegenstaan.
Dat neemt echter niet weg, dat een losse lezing, zoals voor JijDaar best een goede lezing kan zijn. En dan neem ik maar over wat eilander daarover schreef:
eilander schreef:over het missen van de noodzakelijkheid van de wedergeboorte: klopt. Ds. Simons zegt zelf ook dat het een andere boodschap is dan dat hij anders bracht. Ik meen dat hij daarmee bedoelt: meer onderwijzend voor hen die al op de weg gebracht zijn, dan nodigend voor hen die nog buiten zijn. (Als ik het niet goed zeg, mogen degenen die de lezing ook hebben beluisterd, mij corrigeren, graag zelfs). Maar door deze insteek klopt jouw kritiek over het missen van de noodzakelijkheid van wedergeboren zijn, wel. Maar ik meen dat juist daarom de lezing niet onbijbels is.
En nogmaals @Willem: ik denk dat je ook in het andere punt gelijk hebt: één van de gevaren van nu is het ten onrechte rusten op de beloften. Natuurlijk kan niet alles in één lezing behandeld worden. Maar ik meen dat ds. Simons ook hierop heeft gewezen! Nl. door juist te waarschuwen om te rusten op het eigen gevoel etc.
Waar ik wat geprikkeld op Afgewezen heb gereageerd neem ik dat terug als het gaat om persoonlijke opmerkingen. Inhoudelijk snap ik haar kritiek gewoonweg niet. En dan bedoel ik dat m.n. vanuit het perspectief dat memento schetste: Moet elke preek evenwichtig zijn? Nee, want niet elke Bijbeltekst is evenwichtig.
Als voorbeeld: Ik heb eens een preek beluisterd over Romeinen 3: 11: "Er is niemand die verstandig is, er is niemand die God zoekt." Nou, dat was geen evenwichtige preek! Werkelijk van alle kanten, met veel herhalingen werd stapje voor stapje erin gehamerd dat er werkelijk niemand is! Zelfs zo dat ik op een gegeven moment dacht: Is er ook nog redding mogelijk?
En laat dat nu net de bedeoling van de prediker zijn geweest!
Hij eindigde met de boodschap: (het was 2e Kerstdag) Romeinen 3 staat tussen Romeinen 2 en 4, de rechtvaardiging van God en de rechtvaardiging van de goddeloze. En dan is de boodschap van Kerst zo allesoverwinnend: Afgedaald naar deze God verlatende wereld: Christus! Hij zoekt mensen die niet verstandig zijn, en God niet zoeken!
Kortom: Een preek hoeft wat mij betreft niet veel gedachtelijnen te kennen. Een preek moet een tekst helemaal laten uitspreken in zijn context zo laten spreken dat het Woord aan het woord komt. Het Woord gaat dan vanzelf separeren.
Nu terug naar de lezing van ds. Simons (en volgens mij is alles wat erover gezegd kan worden er nu wel over gezegd): Hij wilde één punt maken. Deze keer geen lezing over de rechtvaardiging van de goddeloze, maar juist over mensen die zo vaak vastlopen met hun gevoel. En hij wilde één aspect van de Bijbelse boodschap zeer duidelijk maken: Het gevoel doet niet mee in het zaligworden. En Gods Woord laat geen ruimte voor de gedachte dat een gelovige altijd maar een goed gevoel heeft, zich altijd zo fijn voelt, en altijd maar Halleluhja roept. (Een gedachte die toch steeds breder lijkt leven in een deel van de geref. gezindte.) Nee, het gaat niet om een gevoelschristendom, maar om het geloof, het eenvoudige, naakte geloof, dat zich richt op Gods Woord, op Gods beloften en wat, gewerkt door Gods Geest, leert zeggen: "Heere, ik zie er niets van, ik voel er nog veel minder van, maar U bent betrouwbaar. U hebt het toch gesproken? Ik betrouw op U, wat kan een nietig mens mij doen! Ik weet, mijn Verlosser leeft."
En een uur later kan de hele boel alweer op z'n kop liggen, omdat er zoveel onvrede in mezelf is over mezelf, over de omstandigheden. En waar zit dan de kneep? In dat stille betrouwen op de Naam des Heeren, dat Jezus Christus gisteren en heden Dezelfde blijft, tot in der eeuwigheid.
Wij belijden toch dat het beluisteren van de prediking ons altijd koud en leeg zal laten als de Heilige Geest er niet in mee komt? Maar als Hij komt, dan kunnen woorden van een predikant zo gaan meeresoneren in onze ziel, dat we God Zelf horen spreken. Dat we mee mogen zingen met David: "Dit weet ik vast, God zal mij nooit begeven. Dat maakt mijn ziel vervaard."