Ds. W. Visscher in de Saambinder schreef:
Zijn we al op reis ?
De laatste jaren gaan we als gezin op vakantie naar Zwitserland Dat heeft voordelen want je bent er met je gezin een paar weken helemaal uit. Een van de nadelen is de reis er naar toe. Vaak zit je toch 12uur in de auto en dat is niet altijd prettig. Je wordt slaperig, je krijgt er pijn in je rug van en zo meer. Toch is er weinig te klagen, want je weet als we aankomen is alles weer achter de rug en hebben we een fijne vakantie. Zo liggen de dingen. De vakantie, het doel verzoet de lange reis.
Dit beeld vind ik eigenlijk wel aardig. Je kunt het ook mooi toepassen. Ik moest er aan denken toen onlangs in de krant wat onderzoeksresultaten werden bekend gemaakt over reformatorische mensen in de huidige samenleving. Het blijkt dat heel wat mensen onder ons nogal bangig zijn en dat velen zicht beknot voelen. Kennelijk vinden we het niet zo prettig dat de omringende seculiere wereld ons bekijkt en de seculiere maat neemt. Rond zaken als wouwenemancipatie en homoseksualiteit wordt er kritisch naar onze gezindte gekeken. De SGP verloor al eens een tijdje haar subsidie en bij een school ontstond een heel tumult over een homoseksuele docent. Kennelijk maken dergelijke zaken ons wat onrustig. Het geeft inderdaad vragen.
Toch blijf ik een beetje zitten met dat gevoel van angst en beknotting. Zijn zulke gevoelens terecht? Zijn ze, belangrijker nog, bijbels? Een waar christen is op reis. Hij is op reis naar een eeuwige bestemming. Zijn diepe zorg zal zijn waar straks de reis zal eindigen. We weten uit de Bijbel dat er twee bestemmingen zijn, eeuwig wel of eeuwig wee.
Dat dit ons bezighoudt laat zich goed begrijpen. Keer op keer wordt daar in de Bijbel aan herinnerd. We moeten ons voor de eeuwigheid niet bedriegen. Alleen door een waar geloof in Christus zijn we behouden. Zonder geloof kunnen we God niet behagen en staan we aan de kant van de satan. Dan gaat het dus niet goed. Zeker, daar mogen we bang voor zijn. In de kerk zal daar, denk ik, veel op gewezen worden. Het ware geloof is nodig tot de zaligheid. Bent u, ben jij al op reis naar de hemelstad?
Voor de ware christen, die de Heere Jezus heeft aangenomen, liggen de zaken echter heel anders. Hij is op reis naar de hemelstad. Bunyan heeft dat zo mooi en leerzaam beschreven in de “Christenreis”. Hij is op reis naar een geweldige toekomst. In de Bijbel kunnen we dat keer op keer over lezen, bijvoorbeeld in Openbaring 21 en 22. Er komt een nieuwe hemel en een nieuwe aarde. Dat is geen misschientje, maar dat ligt vast in het Evangelie van het kruis. En het ware geloof heeft daar hoop op, klemt zich daaraan vast.
Die hoop moet toch wel, zolang we op reis zijn, alle leed verzachten. Het is zelfs zo dat verdrukking, lijden om Christus wil, juist zeer positief uitwerkt. In Romeinen 5:3-5 betoogt de apostel Paulus dat we daardoor ervaren dat de liefde van God in het hart is uitgestort.
Op reis naar de eeuwige bestemming heeft een oprecht christen het niet altijd gemakkelijk maar de uitkomst is zo groot en heerlijk en onderweg krijgt hij zoveel heerlijk onderwijs, dat we over allerlei kleine dingen op reis ons maar niet te druk moeten maken. Net als de reis naar Zwitserland. Omdat je weet, waar je aankomt valt de lange duur, de pijnlijke rug en de inspanning allemaal erg mee.
Het is echter de waag of Gods kinderen nog wel op reis zijn. Bunyan tekent ons ook een moment dat christen in slaap is gevallen. Het kan natuurlijk zijn dat we inmiddels zoveel mooie aardse dingen hebben verzameld dat we daar heel erg aan gehecht zijn. Dat kunnen aardse goederen zijn. Dat kan gezin en familie zijn. Dat kan voor een predikant zijn ambt zijn, dat kan je kerk zijn, en zo meer. Er zijn nog veel meer dingen die genoemd kunnen worden. Allemaal dingen die beslist verantwoord zijn maar waardoor we wellicht ook helemaal vast komen te zitten aan deze aarde.
Hoe anders spreekt echter de apostel Paulus. Wat is zijn leven? Zijn ambt, zijn vrienden, zijn boeken en zo meer? Nee dat is helemaal zijn leven niet. Dat zijn wel belangrijke zaken, maar ze staan bij Paulus nooit nummer één. Zijn leven is Christus (Filippensen 1:21) en daarom is voor hem sterven winst.
De ware gelovige is op reis. En al die gevoelens van angst en beknotting zouden best eens voort kunnen komen uit een leven waarin Christus niet op de eerste plaats staat. Zijn we al op reis en zijn we door genade nog steeds op reis?
Nu even terug naar de bange reformatorische mensen. Zijn ze bang omdat ze wellicht niet geloven in de Heere Jezus? Ik weet niet of de onderzoekers daar onderzoek naar hebben gedaan. Het is wel een belangrijke vraag. Maar als we de Heere liefhebben, wat valt er dan ten diepste te klagen. Dan is er eigenlijk niets te klagen.
Paulus geeft helemaal niet de indruk dat hij bang is of zich beknot voelt. In zijn laatste brief horen we iets heel anders: ‘Ik heb den goeden strijd gestreden, ik heb den loop geëindigd, ik heb het geloof behouden; Voorts is mij weggelegd de kroon der rechtvaardigheid, welke mij de Heere, de rechtvaardige Rechter, in dien dag geven zal; en niet alleen mij, maar ook allen, die Zijn verschijning liefgehad hebben’. (2 Timothëus 4:7-8). En aan de gemeente van Korinthe schrijft de apostel: ‘Maar Gode zij dank, Die ons de overwinning geeft door onzen Heere Jezus Christus’. (1 Korinthe 15:57). Dat is andere taal dan angst en zich beknot voelen. Paulus ging voor eeuwig naar het Vader- huis met zijn vele woningen. En hij wist het zeker!
Wat zou eigenlijk een goede vraag zijn? Wel, zijn we ook al op reis naar dat Vaderhuis? Dat is eigenlijk de enige vraag die er werkelijk toe doet,
En als het dan hier en daar eens moeilijk is op reis? Ach, wat geeft dat, onderweg laat de Heere merken dat Hij van je weet en bij het einde wacht de eeuwige zaligheid. Misschien komt al die bangheid en gevoel voor beknotting wel voort uit een gemis van reizigers naar het Vaderhuis. En dan zijn we bij de kern van de zaak. Waar gaat uw reis naartoe?
ds. W Visscher